Heden is deze Schrift vervuld

Door William Marrion Branham

1 Blijf even staan, als u wilt, terwijl we onze hoofden buigen voor een woord van gebed.

2 Dierbare hemelse Vader, wij zijn dankbaar vanavond om nog een gelegenheid te hebben om te komen en dit heerlijke, wonderbaarlijke Evangelie van Jezus Christus te brengen. Wij danken U omdat Hij nog steeds Dezelfde blijft, gisteren, vandaag en voor immer. Wij danken U voor deze mensen die hier samengekomen zijn in de tijd van dit koude weer en nog steeds met grote verwachting uitzien en geloven dat ons iets buitengewoons zal worden gegeven van God. Wij komen met die hoop, Heer, naar elke samenkomst. Wij danken U voor de diensten eergisteravond in de tabernakel. Wij danken U voor de dienst hier gisteravond en voor de dienst vandaag in de tabernakel. Wij zien nu uit naar wat U vanavond voor ons zult hebben.

3 Vader, wij weten dat iedereen die in staat is om zijn handen te bewegen, de bladzijden van de Bijbel zou kunnen omslaan, maar er is er slechts Eén Die kan maken dat het leeft en werkelijkheid wordt en dat bent U. En Vader, wij zien ernaar uit, dat U dat vanavond doet. Zegen ons in elk opzicht. Onze harten zijn zo vol vreugde wanneer we de tijd zien naderen, dat we Hem zullen ontmoeten van aangezicht tot aangezicht – Degene Die wij lief gehad hebben en voor Wie we al deze jaren hebben geleefd.

4 Er zijn veel nieuwe bekeerlingen gemaakt, Here. Ik heb begrepen dat een grote schare, veertig of vijftig mensen, morgenochtend zal worden gedoopt in Uw Naam, door de dienst van gisteravond. O God, ga alstublieft voort, bidden wij, totdat elk voorbestemd zaad van God het Evangelielicht heeft gezien en in de kudde komt.

5 We vragen U om ons vanavond te verbergen achter het Woord; verblind ons voor de dingen van de wereld en laat ons Jezus zien. Moge er een 'Berg der Verheerlijking'-ervaring onder ons zijn vanavond, dat we niemand zien dan Jezus alleen. Wij vragen het in Zijn Naam, voor Zijn heerlijkheid en als betuiging van Zijn Evangelie. Amen. U kunt gaan zitten.

6 Ik zal gewoon deze microfoon, of deze lessenaar, even een beetje opzij draaien, als dat in orde is, zodat ik beide zijden van het gehoor kan zien. Ik vermoed dat ik deze microfoons hier goed omheen kan krijgen. Goed, even een ogenblik.

7 We groeten hier vanavond vanuit de grote gehoorzaal, onze vrienden in Arizona, Californië, Texas, en overal in de Verenigde Staten door middel van de telefoon. Dit gaat het hele land door (deze dienst vanavond) door middel van de telefoon. Dus wij vertrouwen dat God ons zal zegenen.

8 Kunt u het daar horen in de gehoorzaal aan de linkerkant? Goed, ze zullen nu het telefoonsysteem controleren om te zien of het goed werkt.

9 Is iedereen blij vanavond? [Samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Wel, dat is fijn. Aan deze kant? ["Amen."] Amen. Ik ben zo blij te zien dat u allemaal gemakkelijk zit.

10 En nu, morgenavond, als het aantal mensen blijft toenemen, zullen ze ook een directe telefoon hebben. Het is er vanavond; ik denk dat sommigen van hen daarginds in de tabernakel zijn.

11 En morgenochtend kunnen de samenkomsten niet in de tabernakel worden gehouden, omdat daar een bloemist zal zijn die de kerk versiert voor een huwelijk morgenmiddag. Ze hebben de diensten in de ochtend verplaatst naar de kerk van broeder Ruddle (een van onze medebroeders) verderop aan de grote weg – 62. Is het aangekondigd? [Broeder Neville zegt: "Ja." – Vert] Het werd aangekondigd. En als het daar te vol wordt, zullen we de rest nemen en een andere prediker naar de kerk van broeder Junior Jackson sturen ginds in Clarksville. De reden dat we het hielden bij broeder Ruddle, is, omdat het hier dichtbij is en we kunnen... en we dachten dat u dat gemakkelijker zou kunnen vinden. En dan zullen we er op de een of andere manier voor zorgen. Wees er zeker van dat al die dopelingen morgen binnen zullen komen. En ik hoop dat er nog een honderd of twee bijkomen, voor de doop morgen. En nu, morgenavond...

12 Ik houd er nooit van om van tevoren aan te kondigen waarover je spreekt, maar op een avond in de dienst, of op een dag, wil ik spreken over het onderwerp: "Wie is deze Melchizédek? " omdat het een onderwerp is waarvan ik denk dat we in de tijd leven van deze openbaringen die door het tijdperk heen de vraag zijn geweest: "Wie is deze Man?" En ik geloof dat God het antwoord heeft, wie Hij was. Sommigen zeiden een priesterschap; sommigen zeiden een koning; sommigen... Maar er moet...

13 Zolang er een vraag is, moet er een goed antwoord zijn op die vraag. Er kan geen vraag zijn, zonder dat er eerst een antwoord is.

14 Nu, we vertrouwen dat God ons vanavond een zegen zal geven uit Zijn Woord als we het lezen.

15 En u had... Billy zei me, u te vertellen dat u zeker fijn hebt meegewerkt met de mensen hier die zich met het parkeren bezig hielden, de politie en alles. Houd het zo; dat is erg, erg goed.

16 We hopen de tijd te zien (misschien in de nabije toekomst) dat we misschien de tent hier naar de stad zouden kunnen brengen en hem hier buiten opzetten in het bal- park, waar we voor een bepaalde tijdsperiode zouden kunnen blijven, misschien voor een opwekking die drie of vier weken lang duurt. We leren elkaar hier ternauwernood kennen of we moeten al weer tot ziens zeggen en weggaan. Maar ik zou graag komen om een geruime tijd te blijven, een keer waarbij je zou kunnen blijven, zodat je niet na een avond of twee moet sluiten, maar gewoon blijven en onderwijzen, overdag en 's avonds, overdag en 's avonds, steeds maar door. Misschien gaat iemand naar huis en voert de kippen en melkt de koeien, en de volgende week komt hij terug en gaat verder met de dienst. Ik houd daarvan. Dus, de Here zij met u.

17 Nu, voor ik vertrek, misschien zondagochtend of zondagavond, of zoiets (één van deze diensten), ik weet dat u allen wacht om de boodschap te horen over de waarheid van Huwelijk en Echtscheiding, wat één van de grote problemen van vandaag is. En net zo zeker als ik hier sta, geloof ik dat het correcte antwoord in het Woord van God staat en ik geloof dat ik beloofde daarvoor terug te komen.

18 En ik veronderstel, wetend... Voor zover ik weet, wil ik nog een dienst hebben hier in Jeffersonville, op Paaszondag; en we zullen... de zonsopgangsdienst en dan op Paaszondag. We zullen het dus van tevoren aankondigen en proberen of we misschien de gehoorzaal kunnen krijgen, indien mogelijk, of ergens anders voor zondag. Ik kom misschien zaterdag en zondag. Ik moet hierheen vliegen en weer terug, omdat het dichtbij de tijd is dat... Ik moet het eerst nazien op het schema dat ik heb en een van mijn reisroutes in Californiëbezien. En dan onmiddellijk daarna, moet ik naar Afrika gaan. Houd dus contact en bid voor ons.

19 Nu, vanavond wil ik uw aandacht vestigen op een gedeelte van Gods Woord dat gevonden wordt in het vierde hoofdstuk van Lukas – het vierde hoofdstuk, te beginnen met het zestiende vers. Jezus spreekt: "Heden is dit Woord in uw oren vervuld."

20 Nu, we willen daaruit een conclusie trekken, hoe dynamisch het Woord van God is. Nu, wij kunnen allen de mechaniek verklaren, maar er is dynamiek voor nodig om het te laten werken.

21 We kunnen de mechaniek van een machine (auto) berekenen, maar vervolgens is er de dynamiek voor nodig om de wielen te laten werken en bewegen.

22 Nu, Jezus was teruggekeerd naar Nazareth waar Hij was opgevoed. Verderop in de Schrift vinden we dat ze zeiden: "Wij hoorden dat u dit en dat deed ginds in Kapernaüm; toon het ons nu hier in Uw eigen streek."

23 Jezus zei: "Een profeet is niet zonder eer, behalve in zijn eigen land." En vanzelfsprekend, dat is waar je bent opgevoed en waar de mensen je kennen. En daar had Hij om te beginnen al een slechte naam, doordat Hij geboren was zonder een aardse vader. Zij noemden Hem een onwettig kind, omdat Maria in werkelijkheid zwanger was voordat ze officieel Jozef trouwde. Maar dat is niet zo; wij weten dat het niet zo is.

24 En het was dit Schriftgedeelte... Wat veroorzaakte dat mijn oog hier op viel is iets wat kort geleden gebeurde in Phoenix, Arizona. Het was de laatste dag van de diensten waarop ik zou spreken op de Internationale vergadering van de Volle Evangelie Zakenlieden.

25 En in deze conventie was er een bezoeker bij ons die een Katholieke bisschop was, hij is van de Chaldeeuwse Ritus van de Apostolisch Katholieke kerk – de Zeer Eerwaarde John S. Stanley, O.S.D.. Hij is de aartsbisschop van de Metropolitaanse Verenigde Staten in de Katholieke kerk. Dit moet zijn kaart zijn en zijn adres.

26 En hij was een bezoeker bij de Christen Zakenlieden, ik had hem daar de dag tevoren gezien. En toen ik aan het spreken was, op zaterdagavond geloof ik dat het was, of zaterdagmorgen bij het ontbijt, terwijl ik daar aan het spreken was, bleef hij naar me kijken. Ik dacht: "Die man is het zeker oneens met alles wat ik zeg." En, weet u, je kon hem alleen zien; hij deed nu eens zijn hoofd omhoog, dan weer naar beneden, maar ik wist niet wat er precies in hem omging.

27 Dus toen ik zondagmiddag opstond om te spreken, zou ik mijn tekst nemen over 'Geboorteweeën ' – waar Jezus zegt dat als een vrouw bezig is een kind te baren, zij in barensnood is bij de geboorte. Ik zou dus van daaruit gaan spreken over Geboorteweeën als onderwerp, zeggende dat de wereld nu geboorteweeën doormaakt. Het oude moet worden afgelegd, zodat het nieuwe geboren kan worden; precies zoals een zaad moet wegrotten om nieuw leven voort te brengen.

28 En hoe troffen de weeën, de geboorteweeën, de wereld. In de Eerste Wereldoorlog had zij een verschrikkelijke wee, omdat ze gifgas hadden enzovoort, dat de wereld bijna kon vernietigen. En in de Tweede Wereldoorlog trof haar een nog zwaardere wee, ze hadden zeer zware bommen en ook een atoombom. Ze kan niet nog een geboortewee doorstaan. Met deze raketten en dingen die ze vandaag hebben, zal nog een oorlog haar de ruimte in gooien, want zij zal nu worden verlost, en er zal een nieuwe aarde zijn. De Bijbel zei dat deze er zal zijn.

29 Onder de boodschap van elke profeet kreeg Israël een geboortewee, omdat deze profeten op het toneel verschenen, nadat de theologen en geestelijken de gemeente volledig tot een organisatievorm hadden gemaakt. En wanneer die profeten op het toneel verschenen met ZO SPREEKT DE HERE, schokten zij die kerken en kreeg ze een geboortewee. Tenslotte had ze al maar geboorteweeën totdat ze een Zoon van het Evangelie baarde, Die het Woord Zelf vleesgemaakt was.

30 Dus de kerk is vanavond werkelijk opnieuw in geboorteweeën om opnieuw de Zoon, de Zoon van God te kunnen voortbrengen. Al onze theologen, al onze systemen, al onze denominaties, zijn regelrecht onder ons weggerot. Daarom bevinden we ons in geboorteweeën, en een boodschap van God werpt de gemeente altijd in heviger weeën. Maar na een poosje zal zij bevallen van een bruid. Dat zal Jezus Christus voortbrengen voor Zijn bruid.

31 En toen, terwijl ik dacht dat deze man het zozeer met mij oneens was... Toen ik was opgestaan op om deze boodschap uit te spreken, sloeg ik mijn Bijbel op om de bladzijde op te zoeken.

32 En mijn vrouw had me pas een nieuwe Bijbel gegeven voor Kerstmis. Mijn oude Bijbel is ongeveer vijftien jaar oud en hij was zo ongeveer in stukken gescheurd. Elke keer als ik hem opende, vlogen de bladzijden eruit, maar ik wist precies elk Schriftgedeelte te vinden. Ik had nauwgezet in die Bijbel gestudeerd en ik had gewoon de nieuwe gepakt, omdat de andere er zo haveloos uitzag om mee te nemen naar de kerk.

33 En toen ik begon om in Johannes op te zoeken waar het Schriftgedeelte stond, begon ik het zestiende hoofdstuk te lezen en het vers waarnaar ik zocht was er niet! Dus ik dacht: "Vreemd." Ik sloeg weer terug; het was er nog steeds niet.

34 En broeder Jack Moore van Shreveport, Louisiana, een boezemvriend van mij, zat daar. Ik zei: "Broeder Jack, staat dat niet in Johannes 16?"

     Hij zei: "Ja!"

35 En deze Katholieke priester stond op van zijn stoel, temidden van ongeveer honderd geestelijken die op het podium zaten; liep tot vlak bij me, met al zijn gewaden en toga's en kruisen enzovoort, en kwam regelrecht vlak bij me en zei: "Mijn zoon, wees standvastig. God staat op het punt iets te doen."

     Ik dacht: "Een Katholieke bisschop die me dat vertelt?"

     Hij zei: "Lees het uit mijn boek."

36 En ik las het Schriftgedeelte uit zijn boek en ik nam mijn tekst, ging door en hield mijn prediking.

37 Naderhand, toen ik klaar was, stond hij op nadat ik weggegaan was en zei: "Er is één ding dat moet gebeuren. Daarna moet de kerk uit de verwarring komen waar ze in is, of wij moeten uit de verwarring komen waar de kerk in verkeert." Dus, het een of het ander.

38 Die avond was ik op weg naar huis (terug naar Tucson) en de jongens vroegen om een sandwich. Ik stopte om een sandwich te halen bij een kraampje. En mijn vrouw zei: "Bill, ik ben nog nooit in mijn hele leven zo nerveus geweest, toen ik je daarboven zag staan, terwijl je tevergeefs door die Bijbel bladerde." Ze zei: "Maakte het je niet zenuwachtig?"

39 Ik zei: "Nee!" Ik zei: " Ik wist dat het ergens moest staan, de bladzijde zat er eenvoudig niet in. Het is een misdruk."

40 Ze zei: "Om dan te bedenken dat ik je die Bijbel gaf. Het leek alsof daarbinnen elk oog rechtstreeks op mij was gericht."

41 Ik zei: "Maar jij kon dat niet helpen. Dat was een misdruk in de Bijbel." Ik zei: " Ze hebben de bladzijde er gewoon nooit ingedaan."

42 Wel, later keek ik er opnieuw naar. Het was zo volmaakt als het maar kon zijn, maar het gedeelte van het zestiende hoofdstuk stond ongeveer 7 à8 centimeter vanaf de onderkant, bij het zeventiende hoofdstuk aan de andere kant was het hetzelfde; en omdat het een nieuwe Bijbel was, waren deze twee bladzijden volkomen aan elkaar vastgeplakt. Ik las uit het zeventiende hoofdstuk in plaats van uit het zestiende.

     "Wel", zei ik, "het is allemaal prima. Het is om de een of andere reden."

43 En net zo duidelijk als u welke stem dan ook zou kunnen horen, kwam er een stem tot mij die zei: "Hij kwam Nazareth binnen, waar Hij was opgevoed en ging naar Zijn gewoonte naar de synagoge. De priester gaf Hem de Schrift om te lezen en Hij las Jesaja 61. Toen Hij de Schrift had gelezen, ging Hij zitten; gaf de priester de Bijbel terug, het Boek, en ging zitten. En de ogen van allen in de samenkomst waren op Hem gericht en aangename woorden kwamen uit Zijn mond en Hij zei: Heden is deze Schrift vervuld."

     "Heden is deze Schrift vervuld."

44 Wat is de Schrift nauwgezet! Als u dit wilt opmerken, het was Jesaja 61:1– 2 waaruit onze Heer las, Jesaja 61:1– 2. Maar in het midden van het tweede vers van Jesaja 61, stopte Hij waar stond: "De Geest des Heren is op Mij om te prediken het aangename jaar." Toen stopte Hij. Waarom? Het andere deel, om oordeel te brengen, was niet van toepassing op Zijn eerste komst, maar op Zijn tweede komst! Ziet u, het was daar niet van toepassing. Hoezeer maken de Schriften nooit een vergissing! Zij zijn altijd volmaakt. Jezus stopte precies waar de Schrift stopte, omdat dat precies was wat zou worden betuigd in Zijn dag, nu, in die eerste komst. Bij de tweede komst zal Hij oordeel brengen op de aarde, maar toen niet. Hij zou het 'aangename jaar' prediken.

45 Let op de Messias Die daar op het podium staat om Zichzelf te vereenzelvigen met het Woord der belofte voor dat tijdperk. Wat vreemd – de Messias Die opstaat vóór de gemeente! En kijk naar deze aangename woorden, wanneer Hij hier zegt: "Om het aangename jaar te prediken."

46 Het aangename jaar, zoals we allen als Bijbellezers weten, was het jubeljaar, wanneer alle slaven en gevangenen, als ze gevangen genomen waren en een zoon moesten geven om een schuld te betalen, of een dochter, om een schuld te betalen,... [Leeg gedeelte op de band – Vert] en in slavernij waren geraakt. Ongeacht hoe lang zij in slavernij waren geweest of hoe lang ze werden verondersteld daar te blijven, wanneer het jubeljaar kwam, wanneer de bazuin klonk, kon elk mens vrijuit gaan als hij vrijuit wilde gaan. [Leeg gedeelte op de band – Vert] Je bent vrij; je was geen slaaf meer.

47 Maar wanneer je wenste een slaaf te blijven, moest je meegenomen worden naar de tempel, gaan staan bij de post van de tempel, waar ze een els namen en een gat in je oor boorden. En dan moest je die slavenmeester de rest van je dagen dienen.

48 Wat is het een volmaakt voorbeeld van het Evangelie van Jezus Christus. Wanneer het is gepredikt, de aangename tijd en de tijd van het Jubeljaar, kan iedereen, ongeacht wie u bent, van welke kleur u bent, tot welk kerkgenootschap u behoort, hoe diep u gezonken bent in zonde, of wat er ook maar verkeerd met u is, u kunt vrijuit gaan wanneer u de Evangeliebazuin hoort klinken! U bent vrij!

49 Maar wanneer u de boodschap de rug toekeert en weigert het te horen, let op: u werd in het oor geboord met een els. Dat wil zeggen, dat u de grens tussen genade en oordeel bent overgestoken en u zult het Evangelie nooit meer horen! U zult nooit iets verder geraken; u moet een slaaf zijn van het systeem waar u in bent voor de rest van uw dagen, als u weigert het aangename jaar te horen.

50 Nu, zoals ik zei hoefde het andere gedeelte ervan niet te worden beantwoord, omdat het nu een tijd is, dat deze komende Messias het oordeel zal brengen.

51 Nu, hoe konden die mensen ooit in gebreke blijven te zien wie Hij was? Hoe hebben ze het ooit gemist? Hoe was het mogelijk, terwijl het zo duidelijk werd bekend gemaakt en getoond? Hoe konden zij het ooit missen te zien. Terwijl Hij...

52 Wat een Woord! Denk het u in! "Heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld!" Wie zei het? God Zelf, Die de uitlegger is van Zijn eigen Woord. "Heden is deze Schrift vervuld." De Messias zelf, staande in de tegenwoordigheid van de samenkomst, Die een woord uit de Bijbel las dat op Hemzelf betrekking had en toen zei: "Heden is deze Schrift vervuld", en zij bleven nog in gebreke het te zien.

53 Wat een tragedie dat dat zou gebeuren, maar het is gebeurd. Het is vele malen gebeurd. Hoe kon het gebeuren? Natuurlijk, zoals het in andere tijden gebeurde: door de uitleg van de mens over het Woord te geloven. Dat was de oorzaak. Die gelovigen in die dagen (zogenaamde gelovigen) namen de uitleg van wat de priester had gezegd over de Schrift. Daarom werd Jezus, niet behorend tot één van hun gelederen of genootschappen, geëxcommuniceerd uit hun gezelschap.

54 En daarom konden ze Hem niet met zichzelf identificeren, omdat Hij van hen verschilde. De persoon van Jezus Christus was zo uniek, dat niemand het had behoren te missen te zien dat dat de Zoon van God was, omdat Hij de volmaakte identificatie was, van wat in de Schrift over Hem geschreven was!

55 Dat is de manier waarop elke Christen wordt gekend; wanneer zijn leven die dingen identificeert die de Christen wordt verondersteld te doen.

56 Hoe kon Hij daar staan en zeggen: "Heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld!" Wat buitengewoon! Wat duidelijk, en toch begrepen die mensen het verkeerd. Waarom? Omdat ze de uitlegging van de een of andere priesterorde namen waar ze naar luisterden.

57 En de geschiedenis herhaalt zich altijd en de Schrift heeft een meervoudige betekenis in Zich en een meervoudige openbaring.

58 Bijvoorbeeld, zoals er in de Bijbel wordt gezegd: "Uit Egypte heb ik Mijn Zoon geroepen." (Met betrekking tot Jezus.) Kijk in de kantlijn en u zult ontdekken dat het ook slaat op Jakob, datzelfde Schriftgedeelte. Jezus was Zijn grotere Zoon. Jakob was Zijn zoon die Hij uit Egypte riep, welke de Scofieldverwijzing en alle andere verwijzingen erover geven, omdat dat het Schriftgedeelte is waar het naar verwees, dus had het een dubbel antwoord. Het sloeg op Jakob die eruit geroepen werd én op Jezus Die eruit geroepen werd.

59 En zo is het vandaag! Dat we ons in zo'n verwarring bevinden en de mensen in gebreke blijven om de Waarheid van God te zien, komt omdat er teveel mensengemaakte uitleggingen van Gods Woord zijn! God heeft niemand nodig om Zijn Woord uit te leggen! Hij is Zijn eigen uitlegger!

60 God zei in den beginne: "Daar zij licht" en daar werd licht. Dat heeft geen uitleg nodig.

61 Hij zei: "Een maagd zal zwanger worden" en ze werd het. Dat heeft geen enkele uitleg nodig.

62 Gods uitleg van Zijn Woord is wanneer Hij betuigt en bewijst dat het zo is! Dat is Zijn uitleg – door het te laten geschieden! Dat is waar Gods uitleg is, wanneer Hij Zijn Woord laat geschieden; Hij is het u aan het uitleggen.

63 Zoals toen er nooit licht was geweest en Hij zei: "Er zij licht", en het was er; dat hoeft niet door iemand uitgelegd te worden.

64 Maar wij hebben er mensengemaakte systemen in vermengd. En wanneer u dat doet, laat u het uit de koers gaan. Het is altijd zo geweest.

65 Maar ik denk er steeds aan hoe treffend het geweest moet zijn. Denk het u in! De Messias! Waarom faalden zij om Hem te zien? Omdat hun eigen leiders, die Hem hadden moeten kennen, die onderlegd behoorden te zijn in de Schrift, die begrip van de Schriften hadden moeten hebben, deze Man kleineerden en zeiden: "Hij is een onwettig kind om mee te beginnen. Wij zouden dat niet geloven."

66 Jaren later, geloven wij dat niet; wij zouden willen sterven voor het feit dat Hij een maagdelijk geboren Zoon was.

67 En het zal op een dag gebeuren dat voor dezelfde dingen die we Jehova vandaag zien doen, men in de toekomstige tijd, als deze er zal zijn, zal sterven voor de zaak waarover wij vandaag spreken! U zult het wel moeten, wanneer het teken van het beest opkomt en u niet wordt toegestaan het Evangelie op deze wijze te prediken. Wanneer de grote vereniging van kerken bij elkaar komt, wat op dit zelfde moment aan de orde is voor de wereldkerk, zult u hiervoor uw getuigenis met uw eigen leven moeten bezegelen.

68 U moet het núgeloven. Als die priesters zouden kunnen opstaan die Hem veroordeelden, zouden ze Hem niet veroordelen.

     "Maar", zegt u, "als ik daar zou zijn geweest, zou ik zus-en-zo hebben gedaan."

     Wel, dát was niet uw tijdperk, maar dit is uw tijdperk! Dit is de tijd!

     U zegt: "Wel, als Hij hier was!"

69 De Bijbel zegt dat Hij Dezelfde is gisteren, vandaag en voor immer – Dezelfde; dus is Hij hier. Maar Hij is hier... Naarmate de wereld beschaafder, grootser en meer ontwikkeld is geworden... Hij is hier in de Geest-vorm, welke ze niet kunnen doden of ter dood brengen. Hij stierf eenmaal; Hij kan niet opnieuw sterven. Hij moest vlees gemaakt worden, zodat God ter dood gebracht kon worden in het vlees, voor de zonde. Maar in deze tijd kan Hij nooit sterven; het is de Heilige Geest.

70 Nu, te bedenken dat zij die dingen tegen Hem hadden. Nog iets, dat Hij Zich bij geen van hun gelederen wilde aansluiten. Ziet u, dat alleen al maakte Hem een slecht persoon. Hij wilde Zich niet aansluiten bij hun organisaties, Hij wilde Zich niet bij hun priesterschap voegen en Hij wilde er niets mee te maken hebben. En dan, afgezien van dat alles, probeerde Hij af te breken wat zij opgebouwd hadden!

71 Hij ging de tempel binnen. Wij noemen Hem een zachtmoedige Man; Hij was het, maar vele keren begrijpen wij verkeerd wat zachtmoedigheid is.

72 Hij was een Man van mededogen, maar toch falen wij soms te begrijpen wat mededogen is. Niet menselijke sympathie, dat is geen mededogen, maar mededogen is de wil van God te doen.

73 Hij liep langs het badwater van Bethesda, door de poort; daar lag een menigte mensen. Een menigte is geen bepaald aantal, maar daar lagen er massa's – lam, blind, kreupel, wegkwijnend. En Hij had altijd mededogen voor de mensen. En Hij ging naar één persoon die niet lam, blind, kreupel, noch wegkwijnend was. Hij had misschien een prostaatkwaal; misschien had hij de een of andere kleine, slepende kwaal; hij had het achtendertig jaar gehad. Het zou hem geen last bezorgen, het zou hem niet doden. Hij lag op een strozak.

     En Hij vroeg: "Wilt gij gezond gemaakt worden?"

74 En de man zei: "Ik heb niemand om me in het water te werpen, maar terwijl ik eraan kom, daalt iemand voor mij af."

     Ziet u, hij kon lopen, hij kon zien; hij kon zich rond bewegen, maar hij was gewoon zwak.

75 Jezus zei tot hem: "Sta op! Neem uw bed op en ga naar uw huis!" En Jezus werden daarover vragen gesteld. Want u herinnert zich dat de Schrift dit zei.

76 Geen wonder! Als Hij naar Jeffersonville zou komen vanavond en zo'n handeling zou verrichten, zouden ze nog steeds over Hem praten.

77 Maar onthoud, Hij kwam om één ding te doen – dat was de wil van God. Nu, dat wordt gevonden in Johannes 5:19; daar zult u het antwoord krijgen. Hij zei: "Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, de Zoon kan niets van Zichzelf doen, maar wat Hij de Vader ziet doen, dat doet de Zoon."

78 Nu, zij behoorden te hebben geweten dat dat nu juist de bevestiging was van de profetie van Mozes: "Want de Here uw God zal een Profeet verwekken gelijk mij."

79 Merkte u op, dat Hij, toen Hij de man zag, zei... Jezus wist dat hij vele jaren in deze toestand was geweest. Ziet u, Hij Die een Profeet was, Hij zag die man in die toestand en ging daarheen, baande Zich een weg door die mensen, werkte Zich door de menigte heen, totdat Hij die bepaalde man vond.

80 Hij passeerde de lammen, kreupelen, blinden en weggekwijnden, hoewel Hij een Man was vol mededogen. Maar mededogen is de wil van God te doen.

81 Nu, wij ontdekken dat Hij, omdat Hij zich niet bij hen wilde aansluiten en Hij niets met hun gelederen te doen wilde hebben, een verschoppeling was. Hij wilde helemaal niets hebben...

82 Buiten dat was Hij op een dag de tempel ingegaan. Een Man ging daarheen en Hij ontdekte, dat het huis Gods ongeveer net zo bedorven was als tegenwoordig. Ze kochten, verkochten, wisselden geld. En Hij keerde hun geldtafels om, nam touwen en vlocht ze samen en sloeg de geldwisselaars de tempel uit en keek in toorn op hen neer! En Hij zei: "Er staat geschreven," halleluja, "Mijn Vaders huis is een huis van gebed en gij hebt het tot een rovershol gemaakt! En gij hebt met uw tradities, de geboden van God krachteloos gemaakt!"

83 O, zou een dergelijke groep ooit in Hem kunnen geloven? O, nee! Zij hadden zich zo rondgewenteld in de drek van genootschappen en vuilheid van die tijd, dat ze geestelijk zo bevroren waren, dat ze de vibraties van de kracht van de almachtige God niet meer konden voelen! Geen wonder dat de kleine vrouw Zijn kleed kon aanraken en erdoor genezen kon worden en dat een dronken soldaat in Zijn gezicht kon spuwen en geen kracht voelen! Het hangt ervan af hoe u het benadert; het hangt ervan af waar u naar uitziet. Wanneer u naar de samenkomst gaat, hangt het ervan af waar u naar uitziet.

84 Nu, we zien Hem daar staan. Ongetwijfeld waren de mensen al voor Hem gewaarschuwd, gewaarschuwd, de priesters hadden het volk gewaarschuwd: "Nu, Hij komt de volgende Sabbat hier naartoe, en als Hij komt, luistert u dan niet naar Hem. Nu, u zou hier mogen gaan zitten, maar besteed geen aandacht aan wat Hij zegt, omdat Hij niet tot onze groep behoort. Hij is een verschoppeling. Hij heeft geen lidmaatschapskaart; Hij heeft zelfs geen papieren van een organisatie bij Zich. Hij heeft zoiets helemaal niet."

     "Wat is Hij?"

85 "Een of andere afvallige Jongen die hier op onwettige wijze geboren werd in het huis van een timmerman. Zijn moeder was van Hem in verwachting voordat ze getrouwd waren, en ze proberen de zaak te verschuilen achter het een of ander bovennatuurlijk iets."

86 "Wij weten dat als de Messias komt, Hij de galerijen van de hemel zal afdalen en naar onze hogepriester zal gaan en zal zeggen: 'Hier ben Ik, Kajafas.'" Maar we ontdekken dat Hij het niet op die manier deed, omdat het zo niet in het Woord geschreven stond! Het was een mensen- gemaakte traditie die veroorzaakte dat zij dat geloofden.

87 Het Woord had gezegd dat Hij precies zo zou komen als Hij is gekomen! En daar stond Hij, het Woord lezend en tot hen zeggend: "Heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld", en nog steeds bleven ze in gebreke Hem te zien of Hem te herkennen, zoals zij het in alle andere tijdperken hadden gedaan.

88 Noach had hetzelfde kunnen zeggen op de dag dat hij de ark binnenging en de deur gesloten werd. Mozes [Broeder Branham bedoelt Noach – Vert] zou dat raam bovenin de ark geopend kunnen hebben en neergekeken hebben op de samenkomst (herinner u, God sloot de deur) en hij zou gezegd kunnen hebben: "Heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld!" Maar het was toen te laat voor hen. Hij had 120 jaren gepredikt om te proberen hen in die boot te krijgen die hij had gebouwd, hen vertellend dat de Schrift zei: "ZO SPREEKT DE HERE, het zal gaan regenen!" Maar, zij wachtten te lang. Maar Noach zou dat gemakkelijk gezegd kunnen hebben: "Vandaag, heden, is de Schrift vervuld."

89 Mozes zou, op dezelfde dag dat de Vuurkolom neerkwam op de berg Sinaïen zijn getuigenis bevestigde, hebben kunnen zeggen: "Heden is deze Schrift vervuld."

90 Mozes, weet u, was een geroepen man Gods, een profeet. Daar hij geroepen werd, omdat hij een profeet was, moest hij een bovennatuurlijke ervaring hebben. Om een profeet te zijn, moest Hij God van aangezicht tot aangezicht ontmoeten en met Hem spreken. En nog iets: wat hij zei moest komen te geschieden, anders zou niemand hem hebben geloofd.

91 Dus geen mens heeft een recht om zich zo te noemen, totdat hij van aangezicht tot aangezicht met God heeft gesproken, ergens achterin een woestijn, waar hij God Zelf ontmoette! En al de atheïsten ter wereld zouden het niet uit hem weg kunnen verklaren; hij was daar, en hij wist dat het was gebeurd. Elke Christen behoorde die ervaring te hebben voordat zij maar iets zeggen over dat zij een Christen zijn. Uw eigen ervaring!

92 Ik sprak kort geleden met mijn neef, een kleine Katholieke jongen, die zei: "Oom Bill, ik ben van het kastje naar de muur gelopen en overal heengegaan, proberend om iets te vinden!" Avond aan avond, voor deze samenkomst begon, heeft hij gehuild, en 's nachts droomde hij ervan dat hij binnenkwam en naar voren liep naar het altaar waar wordt gepredikt, om te belijden dat hij fout was geweest.

93 Ik zei: "Melvin, het maakt niet uit waar je probeert heen te gaan, van hoeveel kerken je lid wordt, hoeveel 'Ave Maria's' je opzegt, of hoeveel zegeningen je van mensen ontvangt, je moet wederom geboren worden uit de Geest van God! Het is het enige wat het menselijk hart zal bevredigen."

94 Dat is... Ik weet dat ze tegenwoordig een vervangingsmiddel hebben voor de wedergeboorte; zij schudden gewoon de voorganger de hand en zetten je naam in het boek. Maar vrienden, dat is een dogma! Het is geen Bijbelse Waarheid! Als dat het zou zijn, zouden de Handelingen der Apostelen in het tweede hoofdstuk als volgt moeten luiden: "Toen de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, liep de herder naar buiten en schudde de mensen de hand."

95 Maar er werd gezegd: "Toen de dag van het Pinksterfeest vervuld werd," bij de inwijding van de gemeente, "kwam er een geluid van de hemel als een ruisende, machtige wind en het vervulde het gehele huis waar zij zaten!" Zo kwam de Heilige Geest de eerste keer. Zo is Hij sinds die tijd altijd gekomen! Hij is God en verandert niet. Nu, het is een aanstoot voor mensen. Ze zeggen: "Dat was voor een andere tijd."

96 Wel, Hij is Dezelfde, gisteren, heden en voor immer. Telkens wanneer de gemeente de Heilige Geest ontving, is het altijd gekomen zoals Hij het de eerste keer deed, overeenkomstig hetzelfde voorschrift: Handelingen 2:38. Dat is nooit veranderd en zal nooit veranderen.

97 Zoals een doktersrecept voor een ziekte; hij zal een recept uitschrijven voor een ziekte (de dokter), en als u het meeneemt naar de een of andere kwakzalver, en hij doet er teveel van het tegengif in, dan is het zo zwak dat het u helemaal geen goed doet. Als hij teveel van het vergif erin doet, zal het u doden. Het moet precies zo zijn als door de dokter is voorgeschreven.

98 En het doktersrecept over hoe de Heilige Geest te ontvangen, is ons gegeven door dokter Simon Petrus op de Pinksterdag! "Ik zal u een recept geven: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in de Naam van Jezus Christus tot vergeving der zonden en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen, want het recept is voor hen die verre zijn en zelfs voor zovelen als de Here, onze God, zal roepen!" Het eeuwige recept.

99 Mozes had deze ervaring gehad. Hij ging het land in, en hij begon de mensen te vertellen: "Ik ontmoette een Vuurkolom. Het was in een brandende struik en Hij zei me u te zeggen: 'IK BEN DIE IK BEN. Ga heen; Ik zal met u zijn. Neem de stok in uw hand op en strek die uit over Egypte: wat u ook vraagt, het zal worden gedaan.'"

     Wel, waarschijnlijk zei de een of andere priester: "Onzin!"

100 Maar toen ze de werkelijke feiten hiervan zagen gebeuren, konden ze het niet langer volhouden. Ze wisten dat hij door God gezonden was.

101 Dan, als Mozes had gezegd dat hij dat zag en ervan getuigde dat het de Waarheid was, was God verplicht, als dat de Waarheid was, om het woord van die man te identificeren en te betuigen dat het de Waarheid was! Dat is waar.

102 Als Jezus Christus daar stond en op die dag las: "Heden is dit Woord voor u vervuld", was God verplicht dat Woord te laten geschieden!

103 Wij staan hier vanavond en zeggen dat Jezus Christus Dezelfde is, gisteren, heden en voor immer! God is verplicht te bewijzen dat dat zo is, omdat het Zijn Woord is! Nu, wat doet het? Er is geloof voor nodig om het te geloven. Er is geloof voor nodig om te geloven dat Zijn Woord de Waarheid is.

104 Let op wat er gebeurde toen Mozes de kinderen uitleidde en al diegenen die hem volgden. Diegenen die niet volgden bleven in Egypte, maar voor diegenen die Mozes volgden, toen zij uit de Rode Zee waren gekomen en buiten in de woestijn kwamen, kwam God neer op de berg Sinaï. Die Vuurkolom zette de hele berg in vuur en een stem sprak daaruit en God gaf de tien geboden!

105 Mozes had daar naar voren kunnen lopen voor het volk en zeggen: "Heden komt de Schrift, die ik u heb verteld als Zijn profeet, te geschieden; deze dag! Ik heb u verteld dat God mij daar ontmoette in een brandende struik, in een Vuurkolom, en dat Hij dit zei: 'Ik zal... Dit zal een teken zijn. U zult het volk regelrecht weer terugbrengen naar deze plaats hier!' En daar is God in dezelfde Vuurkolom als waarin ik u vertelde dat Hij was, precies ginds hangend op de berg. Heden is deze profetie vervuld. Hier is Hij om te betuigen dat de dingen die ik heb gezegd de Waarheid zijn."

106 God, geef ons meer van zulke mannen, die eerlijk en oprecht zijn en de Waarheid vertellen, opdat de almachtige God zou kunnen betuigen dat Zijn Woord nog steeds de Waarheid is! Hij blijft Dezelfde, gisteren, heden en voor immer. Waarom zou Hij het niet doen? Hij beloofde het te doen.

107 Jozua heeft misschien hetzelfde gezegd op de dag dat hij terugkwam naar Kades-Barnea, waarheen ze tot zover in de woestijn hadden gereisd. Ze twijfelden eraan of het land wel het soort land was zoals God had gezegd. Maar God had hun verteld dat het een goed land was. Het was overvloeiend van melk en honing. En Jozua en Kaleb waren de enige twee, die het geloofden, naast de andere tien die weggingen. Toen zij terugkwamen hadden zij het bewijs; ze hadden een tros druiven die alleen twee sterke mannen konden dragen.

108 Jozua en Kaleb zouden daar precies hebben kunnen staan en gezegd kunnen hebben: "Heden is deze Schrift vervuld! Hier is het bewijs dat het een goed land is." Zeker. Waarom? "Daar is het bewijs dat het een goed land is. Waar haalde u in Egypte ooit zulke dingen vandaan? Er waren daar niet zulke plaatsen. Maar heden is deze Schrift vervuld."

109 Hij zou hetzelfde gezegd kunnen hebben, toen hij profeteerde dat de muren van Jericho in elkaar zouden vallen, nadat zij er zeven keer omheen waren getrokken, zeven dagen, zeven maal op een dag. En toen zij er die laatste maal omheen trokken, vielen de muren neer! Jozua zou hebben kunnen zeggen terwijl hij opstond: "Heden... de Vorst van het heer des Heren vertelde me weken geleden dat dit zo zou gebeuren: heden is deze Schrift vervuld! Daar lagen de muren plat op de grond. Kom op! Laten we haar innemen; ze behoort aan ons. Heden is deze Schrift vervuld."

110 Hoe wonderbaar. Mannen Gods hebben pal gestaan voor de dingen die juist zijn.

111 Israël trok over de rivier toen zij het land in bezit namen. Hoe zouden ze het doen? Het was de maand april; de watermassa's kwamen naar beneden, omdat de sneeuw dan smelt boven in Judéa. O, wat leek God een armzalige generaal te zijn, om Zijn volk daar te brengen in de maand april, wanneer de Jordaan hoger stond dan ooit. Soms...

112 Ik zou hier misschien kunnen stoppen, als ik de tijd had, om u even een kleine tip te geven. Soms zou u daar kunnen zitten met kanker, of u zou daar kunnen zitten met een ziekte. U denkt: "Waarom zou ik in deze toestand zitten terwijl ik een Christen ben? Waarom zou ik hier op deze wijze zitten terwijl ik een Christen ben?" Soms laat God de dingen zo donker worden dat u niet omhoog, in het rond, of waar dan ook kunt zien en dan komt Hij en maakt er een weg doorheen voor u, opdat u zou kunnen zeggen: "Heden is deze Schrift vervuld; wat Hij beloofde te doen."

113 Hij liet de Hebreeën-kinderen regelrecht de vurige oven binnenlopen. Zij zeiden: "Onze God is bij machte om ons uit deze vurige oven te bevrijden, maar hoe dan ook, we zullen niet voor uw beeld buigen!" Toen zij daar uitliepen met de reuk van de oven aan zich... zonder reuk van de oven aan zich, beter gezegd, zouden zij gezegd kunnen hebben: "Heden is deze Schrift vervuld."

114 Toen Daniël uit de leeuwenkuil kwam, had hij hetzelfde kunnen zeggen.

115 Johannes de Doper, na 400 jaren van kerkelijke lering... Geen wonder dat die kerk in verwarring verkeerde in die tijd. Toen hij in de woestijn verscheen, aan de Jordaan, had hij daar op de oever kunnen gaan staan, zoals hij deed, en kunnen zeggen: "Heden is deze Schrift (Jesaja 40) vervuld!"

116 Ik zou hier kunnen stoppen en u vertellen wat die oude priester mij vertelde. Hij zei: "Zoon, je hebt die boodschap niet afgemaakt."

     Ik zei: "Zwijg stil."

     Hij zei: "Bedoelt u dat die Pinkstermensen dat niet zien?"

     Ik zei: "Nee."

117 Hij zei: "Ik zie het." En dan wel een Katholieke priester. Uh-huh. Hij zei: "Waarom ging u niet verder?"

     Ik zei: "Houd u stil."

     Hij zei: "God zij geprezen, ik zie het!"

118 En omstreeks dat moment viel de Heilige Geest op zijn zus die daarginds in de samenkomst zat en zij stond op, sprekend in onbekende tongen, en gaf precies de uitlegging van hetgeen de priester en ik op het podium bespraken! De hele gemeente, de gehele zaal kwam in beroering! Het zette zich voort daar in Oral Roberts' conventie vorige week, of de week daarvoor, en was het gesprek van de vergadering. Hoe die priester, die zat onder... De Heilige Geest openbaarde daarginds door een vrouw (zijn zus, geloof ik dat het was) wat er hier op het podium plaatsvond en openbaarde de zaak die wij verborgen!

119 Wij leven in het uur, waarin heden deze Schrift wordt vervuld! Heden zijn de avondlichten gekomen, en we falen het te zien. Merk op.

120 Johannes zei: "Heden ben ik de stem van een die roept in de woestijn, zoals de profeet Jesaja zei: 'Bereid de weg voor de Here!'"

121 Zij begrepen het niet en zeiden: "O, u bent Jezus" – "U bent de Christus", liever gezegd.

122 Hij zei: "Ik ben de Christus niet." Hij zei: "Ik ben niet waardig zijn schoenen los te maken, maar" zei hij, "Hij staat ergens onder u!" Want hij was er zeker van dat Hij er zou zijn. Hij zou er in zijn dag zijn, omdat God hem vertelde dat hij de Messias zou voorstellen.

123 Op een dag kwam daar een jonge Man aanlopen en hij zag zoiets als een Licht boven Hem (een teken) en hij riep uit: "Zie, het Lam Gods. Heden is deze Schrift voor u vervuld!" Zeker.

124 Op de dag van Pinksteren stond Petrus op en haalde het Schriftgedeelte aan van Joël 2:38, terwijl die mensen allemaal lachten. Zij konden niet in hun eigen taal spreken; ze brabbelden iets anders. De Bijbel zei: "Gespleten tongen." Gespleten is een gedeelde tong, niets zeggend, gewoon een gewauwel; ze liepen rond als een stel dronken mensen.

125 Zij zeiden allemaal: "Wel, deze mensen zijn dronken, kijk naar ze, moet je eens zien hoe ze zich gedragen, hoe die vrouwen en mannen... ze zijn wanordelijk", zei die religieuze groep van die tijd.

126 Petrus stond op in hun midden en zei: "Mannen broeders, u die in Jeruzalem woont en u die in Judéa woont, laat het u bekend zijn, dat dezen niet dronken zijn, zoals u veronderstelt, daar het pas het derde uur van de dag is, maar dit is waarvan werd gesproken door de profeet Joël: 'En het zal komen te geschieden in de laatste dagen, dat Ik Mijn Geest zal uitgieten op alle vlees.' Heden werd deze Schrift vervuld." Zeker.

127 Luther was precies op tijd. Wesley was precies op tijd. Pinksteren was precies op tijd. Niets uit de orde.

128 Nu vraag ik u het tijdperk en de tijd te beschouwen waarin wij nu leven, met het beloofde Woord voor vandaag. Als men vroeger in andere tijdperken kon zeggen: "Heden is deze Schrift... Heden is deze Schrift..." wat dan met de Schrift voor deze dag? Wat is er voor deze dag beloofd? Waar bevinden wij ons? In welk uur leven wij, wanneer de klok, de wetenschappelijke klok, drie minuten voor middernacht slaat?

     De wereld is angstig geworden; de kerk ligt in een bed van bederf. Er is niemand die weet waar hij staat. Welke tijd van de dag is het? Hoe zit het met de Schrift voor déze dag? De toestand van de kerk, of, de toestand van de hedendaagse kerk...

129 In de wereld, de politiek, ons wereldsysteem, is het gewoon zo rot als het maar kan zijn. Ik ben geen politicus; ik ben een Christen, het is mijn zaak niet om over politiek te praten, maar ik wil gewoon zeggen dat ze door en door verrot zijn.

130 Ik heb eenmaal gestemd; dat was voor Christus. Ik moet winnen. De duivel stemde tegen mij en Christus stemde vóór mij. Het hangt ervan af voor wiens zijde ik mijn stem uitbreng. Ik ben blij dat ik die op Hem heb uitgebracht. Laat de wereld zeggen wat ze willen, ik geloof nog steeds, dat Hij Dezelfde is, gisteren, vandaag en voor immer! Hij zal het bewijzen. Hij zal het zeker doen. Beslist. De toename van de misdaad, jeugdmisdaad.

131 Kijk naar ons land, eens de bloem der aarde. Onze grote democratie werd daar vroeger gevormd bij de onafhankelijkheidsverklaring. En toen de onafhankelijkheidsverklaring werd ondertekend hadden we een democratie en we hadden onze grote voorvaderen en de dingen die ze deden. We hadden een groots land.

132 Maar nu verrot het, brokkelt het af; het schokt en stort ineen en men probeert de mensen belasting op te leggen om geld te krijgen, en om dat ginds heen te zenden om vriendschap met hun vijanden te kopen. Ze smijten het terug in ons gezicht. Eén wereldoorlog, twee wereldoorlogen en we rukken nog steeds op naar een derde. Zeker. De politiek is verrot, bedorven – verrot tot op de bodem. Helemaal precies zoals Matthéüs 24 zei dat het zou zijn: "Volk zou opstaan tegen volk, koninkrijk tegen koninkrijk." Al deze dingen zouden plaatsvinden. Laten we hier nu op letten! Goed.

133 Let op nog iets: de toename van wetenschappelijk onderzoek. Nu, eens, nog maar een... Mijn grootvader ging mijn grootmoeder bezoeken in een ossenwagen. Nu is het een straalvliegtuig, of zelfs een baan in de lucht, in de ruimte. Het is geweldig. Wie zei dit? Daniël 12:4 zei: "De kennis zal vermeerderen in de laatste dagen." We zien het uur waarin we leven. Let nu op de toestand van de wereld, de toestand van de wetenschap.

134 En let vandaag ook op ons onderwijssysteem – nu, probeer dit niet te ontkennen, ik heb de krantenknipsels – men onderwijst seks in onze ker... op onze scholen en onderwijst dat jonge studenten seksuele aangelegenheden met elkaar moeten hebben om te zien of ze in de wereld met elkaar kunnen samenleven! Jazeker!

135 Hoe staat het met ons priesterschap? Vanavond kreeg ik een stuk uit de krant, dat ginds in Los Angeles, Californië, een groep geestelijken (Baptisten- en Presbyteriaanse predikers) een groep homoseksuelen had binnengebracht en dat ze homoseksualiteit beoefenden, zeggend dat ze probeerden hen voor God te winnen. Terwijl dat een van de vloeken van het uur is, een Sodomiet! En de wet heeft ze zelfs gearresteerd.

136 Waar zijn we dan aan toe? Ons hele systeem is onder ons weggerot. Ik zag dat de groei van de homoseksualiteit over de Verenigde Staten met 20 of 30% is toegenomen in het afgelopen jaar. Denk u dat in! Mannen levend met mannen, precies zoals ze het in Sodom deden.

137 Toename in de misdaad, de jeugdmisdaad! In welk uur leven wij? Heden is dit Woord der Profetie vervuld.

138 De godsdienstige wereld, de kerk zelf, de gemeente, de eruit geroepen gemeente (wat wij de eruit geroepen gemeente noemen), het laatste gemeentetijdperk, het Pinkster-gemeentetijdperk – waar is zij? Zij is in Laodicéa, zoals de Schrift zei.

139 Vandaag hebben ze de slagbomen neergehaald. Hun vrouwen zijn half gekleed, hun mannen zijn... het is een afschuwelijk iets! Sommigen zijn drie of vier keer getrouwd, zijn diaken en al het andere. Zij hebben ze neergehaald en bederf binnengebracht, want ze zijn in raadsvergaderingen gezeten en kregen een positie in de wereld.

140 En vandaag hebben ze betere gebouwen dan ooit. Ergens bouwt één van hen een gehoorzaal van vijftig miljoen dollar – vijftig miljoen dollar! – Pinkstermensen! Vroeger, vijfentwintig jaar geleden, stonden ze gewoonlijk ginds op de hoek, sloegen op een tamboerijn en zeiden: "Wij..."

141 Omdat... De Schrift zei in Openbaring 3 dat u rijk bent. Ze zei: "Ik ben rijk, ik zetel als een koningin, ik heb niets van node." "En gij weet niet dat gij zijt ellendig, jammerlijk, arm, naakt, blind, en gij weet het niet!"

142 Heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld. Amen! 'Amen' betekent: zo zij het. Ik beaam mezelf niet, maar ik bedoel dat ik geloof dat het de Waarheid is. Heden is deze Schrift vervuld.

143 De Pinkstergemeente is in een Laodicéa-toestand. O, zij blijven springen en jubelen en tekeergaan wanneer de muziek blijft spelen. Wanneer de ritmische muziek stopt – of de beatmuziek die sommigen van hen spelen en het Christendom noemen – en wanneer dat stopt is al de heerlijkheid verdwenen. Zie?

144 Als het werkelijk een lofprijzing aan God is, zijn er geen fluitjes genoeg en is er geen kracht genoeg in de wereld om het tegen te houden! Wanneer het werkelijk van God komt, is er geen muziek nodig om het op te zwepen; de Geest Gods Die neerkomt is nodig; dat doet het!

145 En zij zijn dat al lang vergeten, omdat zij de gave van de Heilige Geest bestempelden als het uiteindelijke bewijs, het spreken in tongen. En ik heb duivels en heksen in tongen horen spreken!

146 De Heilige Geest is het Woord van God in u dat Zich identificeert door dat Woord te aanvaarden. Daarbuiten kan het de Heilige Geest niet zijn. Als het zegt dat het de Heilige Geest is en één woord van die Bijbel ontkent, kan het de Heilige Geest niet zijn. Dat is het bewijs of u het gelooft of niet.

147 Merk een ander groot teken op. De Joden zijn in hun thuisland; hun eigen natie, hun eigen geld, lid van de Verenigde Naties. Zij hebben hun eigen leger; zij hebben alles. Zij zijn in hun vaderland, waarvan Jezus zei: "Leer een gelijkenis van de vijgenboom." Daar zijn ze, regelrecht terug in hun land. Heden is deze Schrift vervuld. De Joden in hun vaderland.

148 Heden is deze Schrift vervuld, het Laodicéa gemeentetijdperk.

149 Heden is deze Schrift (Matthéüs 24) vervuld. De wereld bevindt zich in een verdorvenheid (de hele zaak), volk tegen volk, aardbevingen op diverse plaatsen, grote wervelstormen komen neer, schudden de landen enzovoort, grote rampen overal. Heden is deze Schrift vervuld.

150 Nu, we ontdekten de toestand van de wereld. Wij zien waar de normale kerk staat, de normale... Organisatie, denominatie, we zien waar zij staan. Wij zien waar de naties zich bevinden. En wij zien dat heden deze beloften zijn vervuld.

151 Nu! Maar in deze dag zal er een super, koninklijk zaad van Abraham komen. Dat is precies wat het zou zijn, het zou een koninklijke bruid zijn voor de koninklijke beloofde Zoon. Zoals ik gisteravond sprak, het zal geen natuurlijk zaad zijn, het zal een geestelijk zaad zijn. Er moet een geestelijke bruid opstaan, die het koninklijke zaad zal zijn van het koninklijke geloof van Abrahams koninklijke Zoon. Zij zal in de laatste dagen op het toneel moeten verschijnen en de tijd en de plaats is een belofte die haar gegeven is.

152 Overeenkomstig Maleachi 4, een Schriftgedeelte, zal er een Boodschap moeten komen die de harten van de mensen regelrecht weer terug zal schudden tot de apostolische vaderen. Er moet iemand op het toneel verschijnen in de kracht van Elia. Deze zal op het toneel verschijnen; een man van de woestijn die eruit zal komen en een boodschap zal hebben die weer rechtstreeks terug zal voeren tot het Woord. Dat is het uur waarin we leven.

153 Overdenk dan nu, vraag ik u in dit uur, u mensen hier in Jeffersonville... In 1933 daalde het bovennatuurlijke licht neer ginds aan de rivier, die dag toen ik er vijfhonderd aan het dopen was in de Naam van Jezus Christus. (Ik was ongeveer twintig jaar oud.) Wat zei het, Jeffersonville? Wat gebeurde daar aan het eind van Spring Street, waarvan het dagblad 'Courier Journal' (ik geloof dat het de 'Louisville Herald' was) het artikel opnam? Het ging regelrecht via de Associated Press, Canada binnen. Dr. Lee Vayle knipte het uit de krant, ver in het noorden in Canada, in 1933!

154 Toen ik mijn zeventiende persoon aan het dopen was, met deze Getuige (en u kent de rest van de geschiedenis), en terwijl ik daar deze zeventiende persoon stond te dopen, kwam er een licht neer van de hemel, daarboven naar beneden schijnend, als een ster die uit de hemel viel. Een stem zei: "Zoals Johannes de Doper werd gezonden om de voorloper van de eerste komst van Christus te zijn, zal uw boodschap aan Zijn tweede komst voorafgaan, heel de wereld in." Heden is deze Schrift vervuld! Dank U, Heer.

155 [De samenkomst verheugt zich – Vert] Heden! [De samenkomst verheugt zich enorm en prijst God.] God beloofde het. Wat gebeurde er? Heden is het rond de wereld gegaan.

156 En toen God daar neerkwam en dat zei (toen ik een kleine jongen was) in een brandend struikgewas of een struik daarginds, in brand door een Vuurkolom, hierboven waar Wathen woont, op de Utica Pike, terwijl ik daar water bracht vanuit de schuur naar een distilleerketel voor sterke drank. U kent de waarheid erover. Hij zei: "Rook nooit, drink nooit of verontreinig je lichaam nooit, want er staat je een werk te doen wanneer je ouder wordt." Ik getuig dat dat de waarheid is, dat ik het zag! En God, zoals Hij bij Mozes deed, sprak het uit voor de samenkomst daar en zei: "Dit is de waarheid!" Heden is deze Schrift in ons midden vervuld!

157 Let op wat Hij zei over de onderscheiding en hoe het zou zijn, van het opleggen van handen tot het kennen van het geheim des harten. Heden is deze Schrift vervuld voor onze eigen ogen!

158 Deze beloften die werden gedaan, let op, al deze beloften zijn bewezen en vervuld door de God der belofte. Kijk, vanavond hangt in Washington D.C. de foto van de Engel des Heren!

159 George J. Lacy, het hoofd van de F.B.I., afdeling vingerafdrukken en documenten voor de regering van de Verenigde Staten, uit Houston, Texas, heeft het onderzocht en zei: "Dit is het enige bovennatuurlijke Wezen in de wereld dat ooit werd gefotografeerd." Hij behoort het te weten; hij is de beste die er daarvoor in de wereld is.

160 Let op, daar hangt het, als de Waarheid, dezelfde Vuurkolom die vroeger Israël leidde in de woestijn. Het leidt vandaag – dezelfde soort boodschap als "Kom uit van Egypte!" Wie is Hij? Heden is deze Schrift vervuld. U kent de Boodschap die Hij sprak.

161 Kijk naar het visioen over Tucson drie jaar geleden. Toen ik ginds op de weg stond, terwijl Hij vijf jaar daarvoor had gezegd: "Op de dag dat de stad een paal voor dat hek in de grond slaat, wend je dan naar het westen." De mensen van mijn Tabernakel die hier zijn weten dat dat toen... Dat is waar.

162 En op de dag dat Mr. Goyne en de anderen daarboven waren en die paal in de grond sloegen, zei ik tegen mijn vrouw: "Er is hier iets mee."

     Ze zei: "Wat is het?"

     En ik ging naar binnen, keek in mijn boekje en daar stond het!

163 En die volgende morgen om 10 uur, toen ik in mijn kamer zat, omstreeks 10 uur, kwam de Engel des Heren neer. Hij zei: "Ga naar Tucson. U zult u ten noordoosten van Tucson bevinden en er zal een groep van zeven engelen komen, wat de hele aarde rondom u zal doen schudden." En Hij zei: "Daar zal het u worden gezegd."

164 Hoevelen hier herinneren zich dat, lang voordat het gebeurde? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Er zitten hier mannen in dit gebouw vanavond die daar bij stonden toen het gebeurde.

165 En Hij zei: "De zeven zegels van de verborgen geheimenissen van de gehele Bijbel zullen worden geopend en zullen Openbaring 10 vervullen", dat in de boodschap van de zevende engel deze dingen zouden komen te geschieden! Heden is dit Schriftwoord voor uw ogen vervuld! Heden is deze Schrift vervuld.

166 Vorig jaar toen ik op dezelfde plaats stond (meneer Wood hier en ik), en we de heuvel opliepen, terwijl hij er wat over klaagde dat zijn vrouw ziek was, zei de Heilige Geest: "Neem een steen op die daar ligt. Gooi hem de lucht in. Wanneer hij neerkomt, zeg dan: 'ZO SPREEKT DE HERE! Oordeel zal de aarde treffen.' Vertel hem dat hij de hand van God zal zien in de volgende paar uren."

167 Ik vertelde het meneer Wood (hij is vanavond aanwezig) en ik geloof dat er daar op die tijd acht, tien of vijftien mannen waren, toen het de volgende morgen plaatsvond, dat de Here neerkwam in een wervelwind en de berg rondom ons uitscheurde en de toppen van de bomen lossneed en drie donderslagen deed horen en zei: "Oordeel is op weg naar de Westkust!"

168 Twee dagen daarna zonk Alaska bijna onder de grond! En sindsdien zijn er dan hier, dan daar, langs de kust de uitbarstingen van Gods oordeel tegen dat 'geestelijke scherm'! Er is een ijzeren gordijn, er is een bamboe gordijn, en er is een zonde gordijn!

169 Beschaving is met de zon mee getrokken; het Evangelie ook. Zij zijn gekomen uit het oosten en gingen naar het westen, net zoals de zon, en nu is het aan de westkust. Het kan niet verdergaan; als het verder gaat, zal het weer terug in het oosten zijn.

170 De profeet zei: "Er zal een dag komen die dag noch nacht genoemd kan worden" – een sombere dag, een heleboel regen en mist, net genoeg om te weten hoe lid te worden van een kerk of je naam in een boek te zetten. "Maar het zal licht zijn ten tijde des avonds." Heden is deze Schrift vervuld!

171 Dezelfde z-o-n die in het oosten opkomt is dezelfde z-o-n die in het westen ondergaat. En dezelfde Z-o-o-n van God Die kwam in het oosten en Zich betuigde als God gemanifesteerd in het vlees, is dezelfde Z-o-o-n van God hier op het westelijk halfrond, Die Zich vanavond onder de gemeente identificeert – Dezelfde gisteren, vandaag, en voor immer! Het avondlicht van de Zoon is gekomen. Heden is deze Schrift voor ons vervuld.

172 Waar zijn wij aan toe in dit Abrahamitische tijdperk? Waar zijn we, in deze geweldige tijd waarin we ons bevinden, het grootse uur waarin wij leven? Al de visioenen zijn vervuld.

173 Hoe zit het hiermee: een kleine predikervriend van ons hier, van een zustergemeente waarmee we verbonden zijn (Junior Jackson), kwam op een avond naar ons toe rennen (ik was daar beneden) en zei: "Ik had een droom, broeder Branham, die me dwarszit. Ik zag al de broeders verzameld op een heuvel. Op deze heuvel leerde u ons uit letters die waren geschreven, het zag eruit als een paar letters die de tijd had uitgekerfd in het steen. Toen u daarmee klaar was, toen dat allemaal voltooid was, zei u ons: 'Kom dichtbij' en we kwamen allemaal bij elkaar."

174 Hij zei: "U haalde ergens iets vandaan: het leek alsof u zoiets als een koevoet had en u wipte de top van deze kleine piramide open. En toen dat gebeurde was daar granietrots zonder schrift erop. En u vertelde ons om hier goed naar te kijken. En u allen... En wij begonnen allen te kijken." Hij zei: "Ik draaide mijn hoofd om en ik bemerkte dat u naar het westen ging, zo hard als u kon, naar het ondergaan van de zon." Hoevelen herinneren het zich? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert]

175 En ik stond daar een poosje tot de Heilige Geest het openbaarde. Ik zei: "De gehéle Bijbel, zoveel als er aan de mens geopenbaard is door rechtvaardiging, heiliging, de doop van de Heilige Geest, de doop in Jezus' Naam en al deze dingen, is geopenbaard, maar er zijn geheimen die daarbinnen verborgen zijn, omdat de Bijbel is verzegeld met zeven zegels. Ik moet daar heengaan om het te vinden."

176 Die morgen toen die zeven engelen neerkwamen en de aarde deden schudden en stenen alle kanten heenvlogen, stonden daar zeven engelen, die zeiden: "Keer terug naar Jeffersonville waar u vandaan komt, want de zeven zegels van de zeven geheimenissen zullen worden geopend."

177 Hier zijn wij vandaag, wij begrijpen het Slangenzaad; binnen een paar dagen, zo God wil, zullen we het correcte over Huwelijk en echtscheiding begrijpen en al deze dingen die God heeft geopend, elk zegel, de geheimenissen sinds de grondlegging van de wereld, en we hebben ons verheugd in de tegenwoordigheid van Zijn zegeningen. Dat is waar. Heden is deze Schrift...

178 Het tijdschrift 'Life' nam er een artikel over op: "Mystieke lichtkrans gaat omhoog de lucht in boven Tucson en Phoenix", op dezelfde wijze als waarop ik het u bijna een jaar voordat het gebeurde vertelde dat het zou zijn, en als een driehoek. De foto hangt daar in het samenkomstgebouw. U die dat tijdschrift nam, hebt het. Daar was het, helemaal precies. Men zei dat het zevenentwintig mijl [43 km.] hoog was en dertig mijl [48 km.] in doorsnee. Zij begrijpen nog steeds niet wat er gebeurde. Het verscheen op mysterieuze wijze en verdween op mysterieuze wijze.

179 Broeder Fred Sothmann, broeder Gene Norman en ik stonden daar. Drie is een getuigenis, zoals Hij Petrus, Jakobus en Johannes mee omhoog nam naar de top van de berg. Zij leggen getuigenis af; ze stonden daar en keken ernaar toen het gebeurde en zagen het gebeuren!

180 Daar is het, hangend in de lucht; zo ver waar geen vochtigheid meer is; geen vocht, niets om een nevel te vormen. Hoe zou het daar kunnen komen? Het waren de engelen van God die terugkeerden na hun boodschap. Heden is die profetie in ons midden vervuld! Heden is deze Schrift vervuld.

181 Let op. Zeven zegels zijn geopend, de wervelwind is naar de westkust. Nu, mis het niet zoals zij het vroeger misten.

182 Laten wij onze aandacht nu wat meer richten op onze dag. Wat zegt de Schrift over vandaag en over de tijd waarin wij leven? Jezus sprak... Ik zal geen tijd hebben om ze allemaal te nemen, maar ik wil deze nemen voor we sluiten.

183 Jezus zei in Lukas, hoofdstuk 17, het dertigste vers – Jezus Christus, het Woord Zelf (gelooft u dat?) [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] – Jezus Christus, het Woord Zelf vleesgemaakt, sprak en zei wat het Woord zou zijn in de eindtijd, wat het teken zou zijn van het einde van de wereld. Hij vertelde hen dat volk zou opstaan tegen volk, maar Hij zei: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn in de dag wanneer de Zoon des mensen wordt geopenbaard."

184 Nu, toen Jezus naar de aarde kwam, kwam Hij in de naam van drie Zonen: Zoon des mensen (wat een profeet is), Zoon van God, en Zoon van David.

185 Nu, Hij leefde hier op aarde. Hij heeft nooit gezegd dat Hij de Zoon van God was. Hij zei: "Ik ben de Zoon des mensen." Jehova Zelf noemde Ezechiël en de profeten: 'Zoon des mensen', omdat Hij als profeet moest komen om de Schrift te vervullen. Mozes zei: "De Here, uw God zal een Profeet doen opstaan zoals ik." Dat is de reden dat Hij toen niet de Zoon van God kon zijn, omdat Hij de Zoon des mensen was! Hij... "Het Woord kwam tot de profeten" en Hij was het Woord in Zijn volheid! Zoon des mensen, de hoofd-Profeet; niet de hoofd-Profeet, maar de God-Profeet! In Hem was de volheid van de Godheid lichamelijk. Daarom was Hij de Zoon des mensen.

186 Nu, tweeduizend jaar lang is Hij aan ons bekend geweest als Zoon van God, Geest.

187 En in het duizendjarig rijk zal Hij Zoon van David zijn, op de troon. Wij, die de Schrift geloven, weten dat allemaal.

188 Nu, Jezus zei, dat juist aan het eind van dit gemeentetijdperk waar wij in leven, de Zoon des mensen opnieuw geopenbaard zou worden op dezelfde wijze als destijds bij Sodom.

189 Kijk hoe historisch Hij het gaf. Hij zei ten eerste: "Zoals het was in de dagen van Noach, hoe ze aten, dronken, trouwden en ten huwelijk uitgaven." Toen bracht Hij het vervolgens tot de Zoon des mensen bij Sodom, omdat Hij daar handelde met Joden. Hier bij Sodom handelt Hij met heidenen. Daar liet Hij hen allen ten oordeel verdrinken door water. Hier, bij de heidenen, verbrandde Hij hen allen op die dag bij Sodom. Dat is waar; de heidenwereld werd daar verbrand, en "zo zal het zijn wanneer de Zoon des mensen Zich openbaart." Het is geen water meer, maar deze keer zal het vuur zijn. Jezus las uit hetzelfde Genesis 23 als waar wij uit lezen, toen Hij over Sodom las.

190 Nu, wij geven toe dat de wereld in de Sodom-toestand is, de toestand waarvan wordt gesproken. Sodomieten – een Sodom-toestand. Wij zullen daar allen "Amen" op zeggen; wij geloven dat. Goed.

191 En dat de geestelijke toestand van de natuurlijke kerk Laodicéa is, daar zullen we "Amen" op zeggen, en de tekenen ervan aanvaarden. We weten dat elk teken er is; de gemeente is in Laodicéa, dat weten we. [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert]

192 We weten dat de wereld in een Sodom-toestand is. Is dat juist? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Wij zullen dat aannemen.

193 Maar hoe staat het met het teken van Abraham, degene die wachtte op de beloofde zoon? Dat was er nog een.

194 Bedenk, zij hadden een Sodom destijds; zij hadden hun boodschapper. En er kwam een boodschapper tot Abraham.

195 Abraham wachtte er dag na dag op dat een bijna onmogelijke zaak zou gebeuren. Sara was negentig en hij honderd jaar oud. Overeenkomstig Gods belofte bleef hij het verwachten. Temidden van alle kritiek wachtte hij op die zoon.

196 Zo is de ware gelovige nog steeds aan het wachten op de terugkeer van die beloofde Zoon. Merk op, juist vóór de zoon kwam, werd hem een teken gegeven. Moet het teken van de komende Zoon niet worden geopenbaard aan het koninklijke zaad van Abraham, dat wacht op de koninklijke Zoon, precies zoals het gebeurde bij vader Abraham die wachtte op de natuurlijke zoon? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Is dat juist? ["Amen."] Jezus zei het zo, hier in Lukas 17:30, dat, vóór deze tijd komt, de Zoon des mensen zou worden geopenbaard, zoals Hij deed in de dagen van Sodom, vóór de vernietiging van Sodom. Nu, we zien uit naar een teken.

197 Nu laten we de tijdsomstandigheden nemen zoals ze waren in Sodom. Merk op, zij begonnen allen mee te doen aan de sodomie, de wereld.

198 Ik geloof dat, niet lang geleden, een van de film-directeuren een film in omloop bracht en ik kreeg hem te zien; dat was 'Sodom'. Als u hem ooit ziet en er komt niets anders dan dat, kijk er eens naar. Het is zeker een goed beeld van de Verenigde Staten vandaag, Hollywood, helemaal precies, dezelfde soort kleding en al het andere wat zij tóén deden, grote dronkenmanspartijen en dergelijke, een religieuze cultus van mensen, zogenaamd religieus.

199 Merk op, Sodom had een getuige en dat was een kerel genaamd Lot, die een neef van Abraham was.

200 Nu, Abraham ging Sodom niet binnen, hij en zijn groep. Hij had een grote groep bij zich, genoeg om ongeveer een dozijn koningen en hun legers te verslaan, dus hij had een grote groep bij zich. En op een dag zat hij daar buiten onder een eikenboom toen alles voor hem verkeerd ging; niemand had iets met hem te maken, maar hij hield nog steeds vast aan die belofte. Let nu aandachtig op voor we sluiten.

201 Terwijl hij daar zat, kwamen er drie mannen naar hem toelopen. Twee van hen gingen Sodom binnen en predikten het Evangelie aan hen die eruit zouden komen – aan Lot. Is dat juist? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Maar Eén bleef er bij Abraham. Merk op, Degene Die bij Abraham bleef was God Zelf. De andere twee waren engel-boodschappers.

202 Nu, ginds in Sodom deden zij geen wonderen, ze sloegen hen alleen met blindheid. En het prediken van het Evangelie slaat hen altijd met blindheid.

203 Nu, kijk naar de toestand van die dag. Er is een natuurlijke kerk. Zoals ik gisteravond zei wordt God altijd in drieën voorgesteld. Er waren Sodomieten, Lottieten en de Abrahamieten. Het is in dezelfde positie vanavond. De wereld verkeert in precies dezelfde toestand.

204 Laat mij u iets vragen. Kijk nu naar deze toestand. Abraham noemde deze Man Die tot hem sprak: Elohim. Het Hebreeuwse woord Elohim betekent: de Algenoegzame, Degene Die de Eeuwige is – Elohim, God Zelf.

205 In den beginne... Genesis 1 zei: "In den beginne schiep God..." Neem het Hebreeuwse woord daar, of het Griekse woord liever: "In den beginne schiep Elohim hemelen en aarde."

206 Hier is Hij in Genesis, ongeveer het tweeëntwintigste hier. Hij zei opnieuw... of ongeveer het twintigste, Hij zei... En hij noemde de naam van deze Man Elohim. Waarom deed hij het? God, vertegenwoordigd in menselijk vlees, Die neerzat met Abraham en een boterham met kalfsvlees at, wat melk dronk en wat brood at – God Zelf – en verdween vlak voor Abraham!

207 Maar Hij gaf hem een teken. Let op, en dat teken was dat Hij Zijn rug naar de tent gekeerd had.

208 En bedenk, Abraham, Zijn naam was een paar dagen daarvoor nog Abram, en Sara heette daarvoor Saraï– S-a-r-a-ïwerd toen S-a-r-a en A-b-r-a-m werd A-b-r-a-h-a-m. Abraham betekent vader van volken.

209 Nu, let hier heel aandachtig op, dan zullen we de toestand zien van het uur waarin wij nu leven, zoals Jezus ons zei uit te zien naar deze toestand. We hebben gezien dat heel de rest ervan juist was; laten we nu het koninklijke zaad bezien, en welke toestand zij worden verondersteld te zien.

210 Nu, deze Man zei: "Abraham, waar is uw vrouw, Sara?"

     En Abraham zei: "Zij is in de tent, achter U."

211 Nu, Hij had haar nooit gezien. Hoe wist Hij dat zijn naam Abraham was? Hoe wist Hij dat haar naam S-a-r-a was? "Abraham, waar is uw vrouw Sara?"

     Hij zei: "Zij is in de tent, achter U."

212 Hij zei: "Ik..." ('Ik', een persoonlijk voornaamwoord.) "Ik zal u gaan bezoeken overeenkomstig de belofte. Uw vrouw zal die baby krijgen. Gij hebt Mij vertrouwd, nu zal Ik het laten geschieden."

213 En Sara in de tent erachter (luistervink spelend, of hoe u het ook noemt), luisterend door de tent, ze lachte ingehouden en ze zei: "Zou ik, een oude vrouw als ik, wellust hebben met mijn heer, terwijl hij daarbuiten ook oud is, honderd jaar oud, terwijl dit al vele, vele jaren niet is gebeurd?"

214 En de Man, M-a-n, die daar zat te eten, in menselijk vlees, drinkend en etend als een gewone man, met stof aan Zijn kleren, en Hij had stof aan Zijn voeten en Abraham waste het eraf. God Zelf keek om en Hij zei: "Waarom lachte Sara achter in de tent, dit zeggend?" Hij wist het, Hij kon de gedachten van Sara, in de tent achter Hem, onderscheiden. Is dat juist? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert]

215 Nu, toen het koninklijke Zaad van Abraham op aarde kwam, welk teken toonde Hij? Zoon des mensen. Simon kwam op een dag naar Hem toe, Andreas bracht hem. Hij zei: "Uw naam is Simon; u bent de zoon van Jonas", zei Hij. Ziet u, dat maakte een gelovige van hem.

216 Filippus ging heen en haalde Nathanaël; kwam terug en zei: "Kom en zie een Man Die we hebben gevonden: Jezus van Nazareth, Zoon van Jozef."

217 Hij zei: "Nu wacht een ogenblik. Zou er iets goeds uit dat fanatisme kunnen komen?"

     Hij zei: "Kom en zie."

218 Dus toen Filippus in de tegenwoordigheid van Jezus kwam met Nathanaël, keek Jezus hem aan en zei: "Zie, een Israëliet in wie geen bedrog is."

     Hij zei: "Rabbi, vanwaar kendet Gij mij?"

219 Hij zei: "Voordat Filippus u riep, toen u daar onder de boom zat, zag Ik u."

220 Hij zei: "Rabbi. Gij zijt de Zoon van God! U bent de Koning van Israël!"

221 Toen de kleine vrouw bij de bron, in haar immorele toestand, daar aankwam (een klein panorama, zoals dit) om wat water te putten... Jezus had Zijn discipelen weggezonden om proviand te halen. Toen zij kwam aanlopen om water te putten, zei Hij: "Breng mij iets te drinken, vrouw."

222 Ze zei: "Het is niet gebruikelijk dat U dat zegt. Wij hebben hier afscheiding. Nu, jullie Joden hebben niets met ons Samaritanen te maken; wij hebben niets met jullie te maken."

223 Hij zei: "Maar vrouw, als u wist tot Wie u sprak, zou u Mij om drinken vragen. Ik zou u wateren geven, die u hier niet komt putten."

224 Hij ontdekte wat haar toestand was, wat het was. Hij zei: "Ga heen, haal uw man en kom hier."

     Ze zei: "Ik heb helemaal geen man."

225 Hij zei: "U hebt de waarheid gezegd. U hebt er vijf gehad en degene met wie u nu leeft is de uwe niet."

226 Ze zei: "Heer, ik bemerk dat Gij een profeet zijt! Wij weten dat wanneer de Messias komt, Hij ons deze dingen zal tonen!"

     Jezus zei: "Ik ben het!"

227 Op dat gezegde, rende zij de stad in en zei: "Kom, zie een Man Die mij de dingen vertelde die ik heb gedaan. Is dit niet de Messias zelf?"

228 Let op, Hij deed dat voor de Joden en de Samaritanen, maar nooit voor de heidenen. De heidenen, wij mensen, waren heidenen in die dagen (de andere volkeren), we droegen een knots op onze rug en aanbaden afgoden; wij zagen niet uit naar een Messias.

229 Hij verschijnt alleen aan diegenen die naar Hem uitzien, en wij worden verondersteld naar Hem uit te zien!

230 Maar diegenen die beweerden naar Hem uit te zien, de kerk zelf, toen zij dat zagen gebeuren, zeiden ze: "Hij is een duivel. Hij is een waarzegger, een Beëlzebul!"

231 En Jezus zei: "Die zonde zou hen vergeven worden," omdat Hij nog niet gestorven was, "maar", zei Hij, "op een dag zal de Heilige Geest komen en hetzelfde doen en er dan één Woord tegen te spreken zal nooit worden vergeven." Dat is deze dag, waarin elk woord in samenhang moet zijn. Spreek er één woord tegen en het zal nooit worden vergeven in deze wereld of de komende wereld.

232 Dat was het koninklijke Zaad van Abraham. En hier komt dat koninklijke Zaad van Abraham (dat kwam vanwege die identificatie van die Man Die daar bij Abraham zat), om te bewijzen dat het dezelfde God was, Die het beloofde in deze dag: "Zoals het was in de dagen van Sodom, zo zal het zijn bij het komen van de Zoon des mensen, wanneer Hij Zich openbaart als Zoon des mensen!" Amen! Dit is de dag waarin deze Schrift moet worden vervuld.

233 Kijk naar de toestand waarin we vandaag zijn. Kijk naar de gemeente waar de Zoon van God... Kijk naar de sombere dag; kijk naar al de profetieën. Nu, een vreemd iets, het is dan tijd voor onze bezoekers, als de toestand zo moet zijn als bij Sodom.

234 Er kwamen er daar drie – drie bijzondere mannen, gezonden uit de hemel, we geven dat toe – drie mannen. Eén bleef er bij Abraham. Ze begonnen daar allen, maar Eén bleef bij Abraham. De rest ging Sodom binnen. Is dat zo? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] En Abraham had een naam die was veranderd van Abram in Abraham. Is dat waar? ["Amen."]

235 Niet één keer in de geschiedenis heeft de kerk van de wereld ooit een evangelist gehad die tot haar kwam met een naam eindigend op h-a-m, tot op deze dag: Billy G-r-a-h-a-m. Is dat juist? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] G-r-a-h-a-m – zes letters, A-b-r-a-h-a-m is zeven letters, maar G-r-a h-a-m is zes letters, wat de wereld is, de mens. Ziet u?

236 Kijk, wat daar heden is heengegaan zijn die boodschappers van de hemel.

237 Is er een man op aarde die zo duidelijk bekering heeft gepredikt als Billy Graham? Is er een man geweest die zo'n invloed op de mensen heeft gehad als Billy Graham? Nooit is er internationaal zo'n man geweest. O, Billy Sunday enzovoort waren hier in de Verenigde Staten, maar Billy Graham is wereldwijd bekend. Ziet u waar hij roept? Uit Sodom!

238 En hij deelt zijn gezelschap daar met de Pinksterkerk, een Oral Roberts.

239 Maar hoe zit het met de uitverkoren groep? Welk soort teken worden zij verondersteld te zien? Wat worden zij verondersteld te hebben? Halleluja! "Het zal licht zijn in de avondtijd!" Heden is deze Schrift vervuld! [De samenkomst verheugt zich – Vert] Heden is Gods belofte vervuld. Wij weten dat dat de Waarheid is. Hij is hier vanavond zoals Hij het toen was.

240 Nu, om het te prediken... Zoals ik een poosje geleden zei, als je iets predikt en het is de Evangelie Waarheid, dan is God verplicht dat te betuigen. Is dat waar? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Nu, als dat zo is, laat de God Die het Woord schreef, laat de God Die de profetie gaf, laat de God Die God is van het Woord, naar voren komen en bewijzen dat Hij nog steeds God is!

241 Toen Elia de berg opging, kijkend, ging Elisa mee om op Elia te letten. Hij zei: "Ik wens een dubbel deel." En de mantel die om Elia hing, viel op Elisa. Hij liep naar beneden en vouwde die deken dubbel, sloeg op de rivier en zei: "Waar is de God van Elia?" En hetzelfde wat voor Elia gebeurde, gebeurde voor Elisa.

242 En hetzelfde Evangelie, dezelfde kracht, dezelfde Zoon des mensen Die er gisteren was, is er vandaag en zal er voor immer zijn! Hebreeën 13:8. Gelooft u het? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert] Dan vraag ik u. Ik kan Hem niet zijn, maar Hij is hier. [De samenkomst zegt: "Amen."] Wij zijn slechts een drager.

243 Enigen van u mensen daar, die ziek zijn en aangevochten (waarvan u weet dat ik u niet ken), laat God nu, als ik mijzelf genoeg kan verootmoedigen... Bid en vraag God.

244 Ik vermoed niet... Er is geen gebedskaart in het gebouw, is het niet? Nee, ik heb geen... we hebben helemaal geen gebedskaarten uitgegeven. We zullen een gebedssamenkomst hebben of genezing van de zieken in de gemeente. Maar bidt u.

245 En u weet dat ik een volkomen vreemde voor u ben. Ziet u... U kent mij, Jeffersonville! Ik wil niet dat mensen uit Jeffersonville dat doen; ik wil mensen die niet hier vandaan komen. Zie of God nog steeds openbaart. Zie of Hij nog steeds Dezelfde is, gisteren, vandaag en voor immer.

246 Doe zoals de kleine vrouw deed. Hij ging voorbij en zij zei: "Ik geloof deze Man." Zij had een bloedvloeiing en zij zei: "Als ik de zoom van Zijn kleed zou kunnen aanraken, geloof ik dat ik gezond zal worden." Is dat waar?

247 Vanwege haar geloof, werd die dag de Schrift vervuld. Hij verbindt het verbroken hart, genas de zieke en de lamme.

248 Toen zij Zijn kleed aanraakte en wegliep en ging zitten, draaide Hij zich om en zei: "Wie raakte Mij aan?" Hoe zou Hij ooit hebben geweten in die grote mensenmenigte (waarschijnlijk dertig maal meer dan er hier vanavond zijn, duizenden van hen) – hoe wist Hij het? Hij zei: "Wie raakte Mij aan?" Hij zei dat niet gewoon om wat te zeggen, Hij zei dat omdat het waar was. En Hij zei: "Wie raakte Mij aan?" En direct keek Hij rond en zag waar de kleine vrouw zat of stond (in welke houding ze ook was) en vertelde haar dat haar bloedvloeiing over was.

249 Dat was Jezus gisteren, dat is Hij vandaag. Gelooft u dat? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert]

250 Ik ken u niet; God wel. Maar u hebt pijnen in uw zij die u last bezorgen. Dat is waar. U zit daar over te bidden. Ben ik een vreemde voor u en zijn wij vreemden voor elkaar? Sta op, als dat zo is. Ik ken u niet. Het is deze man hier precies op de hoek, deze jongeman. U hebt ook een zieke keel. Dat is waar. U bidt daarvoor; u bent helemaal zenuwachtig over iets. U zult de samenkomst moeten verlaten, omdat u een prediker bent. U hebt enige afspraken die u moet nakomen. Dat is waar. Uh-huh. Gelooft u dat God weet wie u bent? De eerwaarde heer Smith, nu kunt u gaan en genezen zijn; Jezus Christus maakte u gezond. Ga naar uw samenkomst; uw keel zal u niet hinderen. Wie raakte hij aan?

251 Er zit hier een man precies achter, hij lijdt. Hij heeft een tumor aan zijn linkerlong. Hij heeft geen... hij komt niet hier vandaan. U bent mijnwerker geweest. Dat is waar. Ik ben een volkomen vreemde voor u; als dat juist is, wuif met uw hand. De tumor zit in uw linkerlong en u moet direct worden geopereerd. Is dat zo? U komt hier niet vandaan, u komt van buiten de stad. U komt uit Virginia. Dat is waar. Gelooft u dat God weet wie u bent? Meneer Mitchell (dat is juist), ga naar huis en wees gezond. Jezus Christus maakt u gezond. Vraag het de man; ik heb hem nooit in mijn leven gezien. Hij zat daar te bidden. Heden is deze Schrift...!

252 [Broeder Branham keert zijn rug naar de gemeente – Vert] Er zit hier een dame precies achter me, zoals Sara in de tent was. Zij is aan het bidden voor een dochter. Sta op. De dochter is niet hier; ze is weg. De dochter... En u bent net als die vrouw die naar Jezus kwam, die een dochter had die wreed gekweld werd door een duivel. De vrouw is... Het meisje is bezeten door een demon. Ze is niet hier, ze komt uit... u komt uit Noord Carolina. Gelooft u dat? En dat is de waarheid, is het niet? Mevrouw Orders, u kunt naar huis gaan. Als u zult geloven met heel uw hart, zult u uw dochter vinden zoals Jezus Christus in vroeger dagen zei dat het genezen was.

253 Heden is deze Schrift... het teken van Sodom, het teken van het super-zaad, het teken van de natuurlijke kerk! Heden is deze Schrift in uw midden vervuld! Gelooft u het? [De samenkomst zegt: "Amen." – Vert]

254 Wilt u Hem op dit moment als uw Redder en Geneesheer aanvaarden? Laat een ieder van u opstaan en zeggen: "Ik aanvaard mijn genezing; ik aanvaard Hem als mijn Redder; ik aanvaard Hem als mijn Koning." Laat iedereen opstaan. Heden! Luister vrienden.

255 Hij las de Schrift, gaf de Bijbel terug aan de priester en er staat dat alle ogen van de mensen op Hem waren gevestigd. En Hij keek naar hen en zei: "Heden is deze Schrift vervuld."

256 Ik heb de Schrift gelezen, met een dozijn of meer bewijzen dat we in de laatste dag leven, de generatie die Jezus Christus zal zien terugkeren naar de aarde. En ik zeg u vanavond opnieuw: heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld!

257 U in Tucson, u in Californië, u in New York, aan deze telefoonverbindingen, heden is deze Schrift voor uw ogen vervuld!

258 Laat ons blijde zijn, en vreugde bedrijven, want de bruiloft van het Lam is op handen en haar bruid – Zijn bruid heeft zichzelf bereid!

259 Laten we onze handen opheffen en Hem eer geven, u allemaal. God zegene u. [De samenkomst gaat door met zich te verheugen en God te prijzen – Vert]

Deze site maakt gebruik van functionele cookies.

Download
audioE-BookPrint
AudioAudio
mp3 Download mp3mp3 is een populaire audioformaat dat op vrijwel alle mediaspelers te beluisteren is. meer info...
m4b Download m4bM4B is een Audiobook formaat voor Apple apparatuur (iPod, iPhone etc...) Uw plek wordt bewaard e.d. meer info...
E-BookE-Book
ePub Download ePubePub is de meest gangbare formaat voor E-Book readers. Het heeft geen absolute paginaindeling. meer info...
pdf Download PDFPDF is het meest ondersteunde formaat met absolute pagina indeling. meer info...
xps Download XPSXPS is een relatief nieuw formaat dat vanaf Windows 7 gelezen kan worden zonder extra software te installeren. meer info...
printPrint
book Download PDFPDF ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
xpsbook Download XPSXPS document ingedeeld als printbaar boekje (dubbelzijdig printen en in het midden vouwen en nieten). meer info...
English (Engels)